Diksnavelnon

Nadat ik twee koppels diksnavelnonnen had gekocht heb ik direct een experiment uitgehaald door alle vier de vogels in een broedkooi van 120 cm te zetten. Op deze manier hoopte ik erachter te komen welke vogels het best met elkaar omgingen. Tot mijn verbazing ging het er zeer gemoedelijk aan toe en geen van de vogels leek ondergeschikt te zijn aan de anderen. Na verloop van tijd zag ik wel dat een bepaalde pop meer geïnteresseerd was in een bepaald mannetje. Als hij begon te zingen zat zij direct naast hem. Toen ik gezien had dat zij zich liet betreden heb ik het andere koppel in een eigen broedkooi geplaatst. Twee dagen later had het eerste koppel een ei en na verloop van een week had het tweede koppel ook een nest gemaakt en tot mijn verbazing reeds een ei gelegd. Nu maar afwachten wat het wordt.

Opvallend aan deze vogels vind ik de rust waarmee ze met elkaar omgaan. Ook wanneer gevoerd wordt blijven ze rustig op hun stok zitten en kijken wat er allemaal gebeurt. Als ik wat tussen mijn tanden fluit komt een popje al naar voren omdat ze weet dat het eivoer eraan zit tekomen.

Voor deze vogels heb ik het voer enigszins aangepast omdat het normale zaad voor tropische vogels wat te fijn is. Ik heb een mengeling gemaakt van grof parkietenvoer met Neophemavoer ( zonder zonnepitten) in een verhouding 1 op 1. Dit mengsel voeg ik toe aan het tropisch zaad in een verhouding 3 tropisch zaad op 1 van het nieuwe mengsel. Het bevalt mij prima als ik zie wat de vogels ervan eten. Opvallend is wel dat de ene keer het groffe zaad hoofdzakelijk genomen wordt en een andere keer meer van het fijne tropenzaad. Onder het motto, "verandering van spijs doet eten" is dat natuurlijk niet zo raar. Iedere dag een beetje eivoer en soms een pinkie wordt zeker op prijs gesteld.

Indien u werkt met Led-verlichting in de broedkooien en de snoertjes zijn niet geheel weggewerkt loopt u de kans dat de zware snavels van de vogels een keer hun verwoestende werk doen.

Inmiddels heeft een koppel drie jongen grootgebracht. Het zijn grote wat grove vogels, die net als hun ouders lekker rustig zijn. Inmiddels zijn ze 6 maanden oud, maar de rui is nog niet helemaal voltooid. Het zwart is nog niet effen en vertoont nog bruine plekken. Ik zie er naar uit om met deze vogels op een tentoonstelling te verschijnen. 

Het andere koppel heeft wel een keer eieren gelegd maar van broeden kwam het niet. Na een rustperiode heb ik weer een nestkastje opgehangen, maar tot op vandaag 27-7-2016 hebben ze daar geen belangstelling voor. De verwachting is dat in oktober/november de broeddrang wel zal toenemen daar in het land van herkomst dan de zomer aanbreekt.

En inderdaad, eind oktober hebben de vogels een nest gebouwd en de eerste eieren gelegd. In totaal 4 die ook nog eens allemaal bevrucht blijken te zijn. Nu maar wachten wat er van komt....

Het resultaat was dat twee jongen op stok kwamen, keurig netjes door de ouders grootgebracht.

Direct nadat de jongen waren uitgevlogen begonnen de ouders het oude nest te herstellen. Maar omdat ik niet van vuile nesten houd heb ik dat vervangen door een nieuw nestkastje op te hangen. Er werd weer een keurig nest gemaakt, dat na enkele dagen zo groot was geworden dat het dekseltje open ging staan en ik een diksnavelnon in de ruimte vond rondvliegen. Na dat probleem opgelost te hebben kregen Pa en Moe vijf eieren die alle vijf bevrucht waren. Om kort te gaan: ze broedden voorbeeldig; ze voerden voorbeeldig en nu vliegen weer 4 jongen rond.

(intussen hebben de jonge diksnavelnonnen die al op kleur waren 93 en 92 punten behaald op een tentoonstelling. Gaat dus direct de goed kant op, daar kan je mee voort)

Het andere koppel heeft zich beperkt tot het leggen van eieren, de eerste ronde onbevrucht en de tweede ronde bevrucht. Echter broeden was er niet bij en de enige manier om van dit koppel jongen te krijgen zou zijn onder de meeuwen. Ik heb het koppel uit elkaar gehaald en met  de jongen van vorig jaar andere koppels samengesteld. Tot vandaag, 19 maart is dat nog geen succes. Afwachten maar.